Stichting Behoud Stad, Natuur en Landschap Rijnland

 

Uit het 

Rapport Rijnlandroute

Uitstel weg A4/A44 'kan goed'

DOOR ERNA STRAATSMA
LEIDEN - Met een verbreding van de N206 tussen Leiden en Katwijk en een vergroting van het Leidse Lammenschansplein zijn de grootste regionale verkeersproblemen voorlopig opgelost. De rest van de Rijnlandroute is daarna aan te leggen. Die conclusie staat in het rapport 'Integrale Benadering Holland Rijnland' (IBHR), dat gisteren werd gepresenteerd in Holiday Inn in Leiden. Het rapport gaat uitvoerig in op alle varianten voor een nieuwe weg tussen Katwijk en Leiden, ofwel de Rijnlandroute. Ook de aanleg van de lightrailverbinding Rijn Gouwe Lijn (RGL) West, tussen Leiden en Noordwijk, komt aan de orde. Beide projecten zijn noodzakelijk om grootschalige woningbouw op het voormalige vliegkamp mogelijk te maken.

Fasering van beide projecten is te overwegen, zo staat in het rapport. Het maakt de financiering makkelijker. Zodra de werkzaamheden aan een bredere N206 beginnen, kan ook de eerste paal voor huizen op Valkenburg de grond in. De aanwezigheid van de gehele Rijnlandroute en RGL West zijn niet noodzakelijk voor een goede bereikbaarheid van de nieuwe woonwijk, staat in het IBHR. In plaats van een lightrailverbinding kunnen de nieuwe Valkenburgbewoners tijdelijk een busverbinding krijgen. Op korte termijn is ook de capaciteitsuitbreiding van het Leidse Lammenschansplein noodzakelijk. Die moet ervoor zorgen dat er een betere doorstroming naar de A4 komt.

Daarna is aanpassing van het hoofdwegennet nodig, ter voorbereiding op de aanleg van de resterende Rijnlandroute. Een nieuwe verbinding tussen A4 en A44 moet als laatste deelproject, in 2020, klaar zijn.

Een gefaseerde aanleg van zowel de weg als de lightrail heeft 'geen bestuurlijk voorkeur', aldus Van Dijk. Maar het biedt partijen wel de mogelijkheid om moeilijke beslissingen nog even uit te stellen. Zo is er veel verzet in Voorschoten en Leiden tegen een mogelijk Rijnlandroutetracé ten zuiden van de Stevenshof in Leiden.

“Het is nu of nooit", aldus Van Dijk, die eind oktober met minister Eurlings praat over geld.

 

Terug naar 

Terug naar