Stichting Behoud Stad, Natuur en Landschap Rijnland

 

Uit het 

 

Vier nieuwe soorten in polders tussen Voorschoten en Wassenaar

 

Weidevogels doen het goed

DOOR ERNA STRAATSMA

VOORSCHOTEN/WASSENAAR - Het gaat goed met de weidevogels in. de Zuidwijkse en de Papenwegse polder, tussen Voorschoten en Wassenaar. Vorig jaar zijn nesten van vier nieuwe vogelsoorten gesignaleerd. Het gaat om de grauwe gans, de wulp, de kleine karekiet en de rietgors.

Er zijn vorig jaar 535 broedparen van twintig soorten weidevogels geteld. Van elf soorten waren er meer broedparen dan in. 2005. Net als in 2005 was de kievit de belangrijkste broedvogel in het gebied, met 111 broedparen. Daarna volgen de wilde eend, de meerkoet en de grutto. Het aantal broedende grutto's nam toe van 50 in 2005 tot 56 in 2006.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

De tellingen zijn gedaan door de Wassenaarse vogelaar Jack Noordhuizen. Hij heeft een inventarisatie gemaakt van zijn waarnemingen in 2005 en 2006, in beide polders. Zijn rapport is onlangs besproken tijdens een bijeenkomst van boeren en weidevogelwachters in de Zuidwijkse polder. De bijeenkomst werd gehouden ter voorbereiding van het nieuwe broedseizoen, dat volgende maand van start gaat.

De Voorschotense milieubioloog Wim ter Keurs presenteerde eveneens gunstige cijfers over de vogelstand in beide polders. Zogenoemde weidevogelwachters vonden vorig jaar ongeveer evenveel nesten als het jaar ervoor, maar er kwamen wel meer eieren uit dan in 2005. Zo kwam in 2005 tachtig procent van de beschermde gruttonesten uit en kwamen vorig jaar alle gruttonesten uit. Vooral het aantal kievitsjongen nam flink toe. Het aantal uitgebroede eieren steeg van 63 naar 86 procent.

Weidevogelwachters beschermen nesten door er stokjes bij te zetten. Als het land gemaaid wordt, ziet de boer de stokjes en kan hij om het nest heen maaien. Op land waar vee loopt, zetten de weidevogelwachters betonijzeren hekjes over de nesten, om vertrapping te voorkomen. De meeste boeren in de Papenwegse en Zuidwijkse polder hebben in het broedseizoen een paar weidevogelwachters op hun land rondlopen.

Voor het komende seizoen hopen de weidevogelwachters hun resultaten verder te verbeteren. Zo kunnen er al vroeg in het seizoen meer nesten gevonden worden en is ook nog winst te halen op stukken grond direct rondom boerderijen. Op deze 'huiskavels' loopt veel vee en wordt vaker gemaaid dan elders op het boerenland. De kans op het vertrappen van nesten is hier het grootst. Om die reden is de boeren in beide polders gevraagd of ze hun maaidatum op meer percelen kunnen uitstellen dan ze nu al doen, ten gunste van broedende vogels. Daardoor krijgen weidevogels voldoende tijd om hun eieren uit te broeden en jongen groot te brengen.

Hoewel de resultaten van vogelbescherming positief zijn, is er wel zorg over de toekomst. Plannen voor aanleg van een nieuwe weg tussen A4 en A44 bedreigen de weidevogelstand in beide polders. Deze Rijnlandroute komt mogelijk ten zuiden van de Leidse Stevenshofpolder.

 

Terug naar

Terug naar