Stichting Behoud Stad, Natuur en Landschap Rijnland
Uit het
Gedeputeerde wil aanpassing van wegen serieus onderzoeken
‘We doen wat de Rekenkamer wil’
DOOR JANET VAN DIJK
REGIO - De verkeersproblemen in de regio houden de gemoederen volop
bezig. Is een nieuwe Rijnlandroute van Katwijk, langs Leiden, door Voorschoten
naar de A4 bij Zoeterwoude de beste oplossing? Of is het ingrijpend aanpakken
van de bestaande wegen een veel beter plan: is dat goedkoper, eenvoudiger, beter
en levert dat meer tijdwinst op? De provincie wil beide plannen onderzoeken,
maar tegenstanders zijn niet er gerust op. Gedeputeerde Asje van Dijk, binnen de
provincie verantwoordelijk voor verkeerszaken, geeft zijn mening.
Kwestie 1.
De Randstedelijke Rekenkamer vindt dat het nut en de noodzaak van een nieuwe weg
nog niet voldoende zijn aangetoond. Dat komt vooral omdat een vergelijking met
het alternatief, een forse verbetering van de bestaande wegen, nog niet is
gemaakt. De provincie heeft een van de rapporten, de Maatschappelijke Kosten
Baten Analyse, aangevuld maar volgens de Rekenkamer is dat nog niet genoeg. De
Rekenkamer vindt dat de provincie het besluit over de weg moet uitstellen.
De reactie van Asje van Dijk: "Dat zou ik zeer onverstandig vinden. Het
levert alleen maar meer vertraging op, en bij infrastructurele projecten klaagt
iedereen altijd dat ze zo lang duren. En uitstellen is ook niet nodig, omdat ik
van plan ben de Rekenkamer op zijn wenken te bedienen in een MER-studie."
Uitleg: In deze Milieu Effect Rapportage worden de voor- en nadelen van
een nieuwe weg van Katwijk naar Zoeterwoude onderzocht, en de voor- en nadelen
van een ingrijpende aanpak van de bestaande wegen.
Asje van Dijk: "We gaan precies doen wat de Rekenkamer aanbeveelt, we doen
het alleen niet in de Maatschappelijke Kosten Baten Analyse, zoals de Rekenkamer
wil, maar in de Milieu Effect Rapportage, en dan gebeurt het veel
gedetailleerder."
Kwestie 2.
De Rekenkamer verwijst naar landelijke richtlijnen, die zeggen dat het onderzoek
naar verbetering van de bestaande situatie als eerste moet gebeuren, in de
Maatschappelijke Kosten Baten Analyse. Dat heeft de provincie niet gedaan.
De reactie van Asje, van Dijk: "Wij hebben aan het ministerie van verkeer
en waterstaat, met wie wij in gesprek moeten over de financiën, gevraagd of wat
er nu op tafel lag voldoende was en dat hebben zij tot twee keer toe beaamd."
Kwestie 3.
Tegenstanders van de weg, vooral te vinden in Voorschoten, beschouwen het nadere
onderzoek naar het opheffen van bestaande knelpunten als een doekje voor het
bloeden. Onder meer omdat Gedeputeerde Staten al de voorkeur uitspreekt voor een
nieuwe weg via het zogeheten N11-tracé. Dat besluit werd eerst ook meegedeeld in
een persbericht van de provincie. Pas een dag later kwam de mededeling dat er
ook een onderzoek komt naar verbetering van de bestaande wegen.
De reactie van Asje van Dijk: "In de MKBA is het Korte Vliettracé (een weg
langs de Korte Vliet, en niet dwars door Voorschoten, red.) onderzocht en het
N11-tracé door Voorschoten. Het Korte Vliettracé is buitenboord gevallen, het is
verkeerskundig te moeilijk en het kost drie keer zoveel als het N11-tracé. De
enige conclusie die we nu getrokken hebben is: het Korte Vliettracé wordt het
niet. Maar voordat het definitieve besluit valt, gaan we eerst een MER-studie
doen waarin we heel helder ook onderzoek doen naar een ingrijpende aanpassing
van het bestaande tracé, de zogeheten nulplusvariant. We beslissen niet nu, de
nulplusvariant doet volwaardig mee. Wij hebben gekeken naar het advies van de
stuurgroep waarin de regio zit, de Kamer van Koophandel, het ministerie. Unaniem
is daar de MKBA aangenomen, wat daarin staat is voldoende om te trechteren,
namelijk dat het Korte Vliettracé afvalt. Daarnaast is besloten dat in de
MER-studie ook de nulplusvariant wordt onderzocht. Dat is in het college van GS
aan de orde geweest, dat dat niet met zoveel woorden in het persbericht stond,
doet daar niets aan af, in een persbericht kun je niet alles kwijt. Later heb ik
heel duidelijk gemaakt dat dit het dubbelbesluit was."
Kwestie 4.
Er kan nu al wat worden gedaan om de files te verminderen, zoals bijvoorbeeld
het Lammenschansplein verbeteren, de Lammebrug verbreden en niet meer opendoen
in de spits.
De reactie van Asje van Dijk: "Ik ga nu niet gigantisch investeren in het
bestaande traject, terwijl we de besluitvorming nog moeten doen. Maar er zijn
ook maatregelen, die op korte termijn oplossingen bieden en waar je geen spijt
van kunt krijgen, zoals een goede afstelling van de verkeerslichteninstallaties
en de openingstijden van de bruggen. Natuurlijk laat ik daar naar kijken."